III. WONINGEN

Liefst woningen met een kunstkarakter.

(⌂XX = huidig huisnummer)

De Gazette van Gent schreef op 18 juli 1882: “De verkavelde gronden tot het opbouwen van huizen zijn reeds te koop gesteld. Elke persoon die voornemens is een huis te bouwen zal het plan aan het stedelijk bestuur moeten onderwerpen. Het zal noodzakelijk zijn er zorg voor te dragen dat in de nieuwe straat geen kleine woningen worden opgericht, zoniet zal men aan de ligging van de school nadeel doen. Men zou van de personen die bouwen kunnen vergen dat de nieuwe huizen enigszins een kunstkarakter hebben”. De bouwloten hadden een breedte van 7-6-5m en een diepte van ongeveer 27m.

Algemene verordeningen van de Stad ca. 1900 waren o.a. :”De voorgevel zal bepleisterd worden of gevoegd met gesneden voegen (vb. ⌂23). Het gebouw zal langs den kant van den openbaren weg gedekt zijn met blauwe dakpannen, schaliën of metaal…”.

 

1-3-5
7-9
7-9 Ontwerp

1-3-5

⌂1, 2, 3, 5 Stonden er al in 1900.

7-9

Jugendstil-huizen. Bwj 1903 (⌂7, gevel + 4,7 m)

& 1904 (⌂9, gevel + 9,3 m, met poort).

Bwh. Robert Geissler, foorkramer. Arch. Jules-Pascal Ledoux.

Rechter helft van ⌂9 werd in 1965 nieuwbouwappartement.

 


11-13
15-17
19

11-13

Appartement. Bwj. 1965 op de rechter helft van ⌂9.

15-17

Bwj. 1901. Bwh. Albert De Somville, kunstschilder.

Hotelkamers tijdens Expo1913.

19

Bwj. 1912.

Bwh. Léon De Mulder-Maes.

Architect Emile De Weerdt.


 

1882-1912, Bouwtijd van 30 jaar, visie Stad vs. bouwheren.(-III.1-)

In 1891 begon ⌂33 de lege percelen in te vullen. In 1893 volgde ⌂31 en in 1899 ⌂21. 1901 Was heel productief met ⌂29, ⌂27, ⌂25, ⌂23 en ⌂17/15. In 1903 verscheen ⌂7, in 1904 gevolgd door ⌂9 en ⌂11.  Vervolgens kwam ⌂19 in 1912. De bouwheer van ⌂33 had onderdanig 207,75 frs. betaald voor de 'taks des voetpads' (aantal meters van de voorgevel x een 5m brede stoep), maar tipte in 1891 de Stad om zoiets af te schaffen. Ook balkons, spiegels, keldervensters en voetschrepers aan de voordeur werden toen getaxeerd. In 1893 was de voorgevel van ⌂31 op plan te laag bevonden en de Stad verwees naar het College van 28 april 1891, waar een minimum van 10,50m beslist was. In 1899 werd het plan voor ⌂21 door de Stad als “vilain” bestempeld en in minder dan geen tijd had de ondernemer een leuk alternatief klaar (nu onder een kalklaag). De bouwaanvrager van ⌂29 vroeg in 1901 of “een voorgevel van slechts eene hoogte van 8m in plaats van 10,50m” ook goed zou zijn (en verwees naar de reeds bestaande ⌂1, ⌂2, ⌂3, ⌂5(-III.2-)), waarop de stadsarchitect adviseerde: “la façade de Mr. Lievevrouw ne manque pas de caractère, elle est très bien conçue et fera belle effet; j’estime qu’il n’y a pas lieu d’exiger une hauteur plus grande”. Na honderd jaar is er -op één nieuwbouw, enkele gevelbezettingen en wijzigingen van mansardevensters na- veel oorspronkelijks gebleven. Goed gelegen gezinswoningen, nabij het Citadelpark -genoemd naar de Willem I's citadel die er lag-, openbaar vervoer, winkels én met vaak een tuintje aan de zuidkant...

 

21
23
25
27

21

Bwj. 1899.

Bwh. Prosper De Smedt, ondernemer.

23

Bwj. 1901. Bwh. Jules Van Imschoot-Hoste.

25

Bwj. 1901. Bwh. Julien Leyns, architect-bouwkundige.

 

27

Bwj. 1901. Bwh. Jules Beek-Van Leuven, onderwijzers.


29
31
33

29

Bwj. 1901. Bwh. Lodewijk Lievevrouw-Coopman, toneelschrijver.

31

Bwj 1893.

Bwh. Albert Ondereet-

De Corte, pianomaker.

33

Bwj. 1891. Bwh. Baudouin Lippens-De Rycke, meesterkleermaker.

Arch. Adrien Ledoux.


 

1961-2002, Jaren van onteigeningsdreiging.

Uit 'Bouwen door de eeuwen heen' (Gent deel 4nC; 1982): ”De huizenrij 19 t/m 33 met bepleisterde en bakstenen gevels van rond 1900 zouden mogelijks in de toekomst moeten wijken voor verdere uitbreiding van de universitaire gebouwen”. Dit gold inderdaad voor het BPA 61/1 Ledeganck (KB 13/02/1961) en het BPA 61/2 (uitbreiding 1976), die al die tijd als een zwaard boven het hoofd hingen van de bewoners.

In 1976 werd het BPA 61/2 vanwege de Stad en anno 2002 eveneens het BPA 61/1 ministerieel afgevoerd, dankzij de wetgeving op de ruimtelijke ordening.

DG 01-10-1976
DS 08-10-1976
DG 15-10-1976

DG 08-06-1978
DS 10-12-2001 (garageboxen)

In 2002 was de stad Gent positief bij de herinrichting van de privé-parking Deheegher-Moortgat, in het belang van de buurtbewoning en mobiliteit. 2013/2014 Was de periode waarin de verschillende garageboxen van deze achterliggende privé-parking als individuele loten werden verkocht en het terrein opnieuw werd heringericht.

Kadaster Oost-Vlaanderen 2013

Kadaster Oost-Vlaanderen (2013).

 

Kadaster Oost-Vlaanderen 2017

Kadaster Oost-Vlaanderen (2017).

 

Lodewijk Lievevrouw-Coopman

Lodewijk/Louis Lievevrouw-Coopman (°Gent 1862, +1951).
Bouwheer (1901) van ⌂29 in de K. L. Ledeganckstraat, alwaar hij woonde tot 1949. Echtgenoot van Marie Coopman.
Klerk op het stadhuis, toneelschrijver, folklorist. Actief in de toneelwereld: speelde in het gezelschap “De Vrijheidsliefde", was medestichter van het Ledeganckgenootschap en richtte samen met Oscar De Gruyter de Gentse toneelschool op. Schreef zelf 25 toneelstukken en vertaalde er andere voor het NTG. “Een onzer beste toneelschrijvers".
Is vooral bekend voor zijn 3-delig Gents Woordenboek (uitgegeven in 1941 en 1974), waaraan hij 40 jaar werkte.


 

(-III.1-) Kadaster Oost-Vlaanderen en Stadsarchief Gent.

(-III.2-) Na de aankoop van ⌂5 vond de huidige eigenaar/bewoner Johan een exemplaar van het Volksblad dd. "Zondag 27 Augusti 1882" onder de plankenvloer van de 1e verdieping.